Algemene voorwaarden
ALGEMENE VOORWAARDEN MAC-People B.V. VOOR HET TER BESCHIKKING STELLEN VAN UITZENDKRACHTEN
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Definities
In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:
1.1. Uitzendonderneming: MAC-People B.V., die in het kader van de uitoefening van haar bedrijf aan een Inlener
Uitzendkrachten ter beschikking stelt voor het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van de Inlener.
1.2. Uitzendkracht: iedere natuurlijke of rechtspersoon die door tussenkomst van een Uitzendonderneming
werkzaamheden verricht of gaat verrichten ten behoeve van een Inlener, alles in de meest ruime zin van het woord.
1.3. Inlener: iedere natuurlijke of rechtspersoon die zich door tussenkomst van een Uitzendonderneming voorziet van
Uitzendkrachten.
1.4. Inleenovereenkomst: de overeenkomst tussen een Uitzendonderneming en een Inlener uit hoofde waarvan een
Uitzendkracht ten behoeve van de Inlener door tussenkomst van die Uitzendonderneming werkzaamheden zal
verrichten.
1.5. Terbeschikkingstelling: de tewerkstelling van een Uitzendkracht in het kader van een Inleenovereenkomst.
1.6. Uurtarief: het tarief dat de Uitzendonderneming aan de Inlener in rekening brengt per uur voor de ter
beschikkingstelling van de Uitzendkracht.
1.7. Uitzendovereenkomst: de arbeidsovereenkomst waarbij de Uitzendkracht door de Uitzendonderneming ter beschikking
wordt gesteld van een Inlener om krachtens een door deze met de Uitzendonderneming gesloten Inleenovereenkomst
arbeid te verrichten onder toezicht en leiding van die Inlener.
1.8. Inleenbevestiging: de schriftelijke bevestiging waarbij Inlener en Uitzendonderneming een Uitzendovereenkomst
sluiten.
Artikel 2 Toepasselijkheid
2.1. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle offertes en overeenkomsten tussen de Uitzendonderneming
en de Inlener en de Uitzendonderneming en Uitzendkrachten.
2.2. De Uitzendonderneming verwerpt uitdrukkelijk iedere toepasselijkheid van algemene voorwaarden van de Inlener.
2.3. Afwijkingen van deze algemene voorwaarden zijn slechts van kracht voor zover deze schriftelijk door de
Uitzendonderneming zijn bevestigd.
2.4. De eventuele nietigheid/vernietiging van één of meer bepalingen van deze algemene voorwaarden staat niet aan de
toepasselijkheid van de overige voorwaarden in de weg. Partijen zullen in voorkomende gevallen in overleg treden om
nietige/vernietigde bepalingen van deze algemene voorwaarden te vervangen door bepalingen die zoveel mogelijk
aansluiten bij het doel en de strekking van de nietige/vernietigde bepalingen.
Artikel 3 Inleenovereenkomst voor bepaalde en onbepaalde tijd
3.1. De Inleenovereenkomst wordt vastgelegd in een Inleenbevestiging en wordt voor bepaalde of voor onbepaalde tijd
aangegaan.
3.2. Van een Inleenovereenkomst voor bepaalde tijd is sprake indien de Inleenovereenkomst betrekking heeft op:
a. een vooraf vastgestelde kalenderperiode die eindigt op een vooraf vastgestelde datum, of;
b. een bepaalde periode die eindigt doordat zich een objectief bepaalbare en vooraf nader omschreven
gebeurtenis voordoet, die intreedt onafhankelijk van de wil van partijen, met dien verstande dat de
Inleenovereenkomst van rechtswege eindigt door het intreden van die gebeurtenis, of;
c. een bepaalde periode, dat wil zeggen een vooraf vastgestelde tijdsduur, waarbij de begin- en einddata vooraf
zijn vastgelegd.
3.3. Van een Inleenovereenkomst voor onbepaalde tijd is sprake wanneer deze niet voor een bepaalde periode als in
artikel 3.2 is aangegaan.
Artikel 4 Selectie van uitzendkrachten
4.1. De Uitzendkracht wordt door de Uitzendonderneming gekozen aan de hand van de bij de Uitzendonderneming
bekende hoedanigheden en kundigheden van de voor uitzending beschikbare uitzendkrachten en aan de hand van de
door de Inlener aan de Uitzendonderneming verstrekte inlichtingen betreffende de op te dragen werkzaamheden.
4.2. De Uitzendonderneming zal bij de selectie de door de Inlener gestelde eisen die naar de mening van de
Uitzendonderneming voor de betreffende functie niet relevant zijn, niet in acht nemen.
4.3. Indien een Uitzendkracht niet voldoet aan de door de Inlener gestelde functierelevante eisen, heeft de Inlener het
recht om binnen vier uur na de aanvang van de werkzaamheden aan de Uitzendonderneming kenbaar te maken dat de
betreffende Uitzendkracht niet aan de eisen voldoet. Alsdan is de Inlener slechts gehouden aan de
Uitzendonderneming te betalen de door de Uitzendonderneming aan de Uitzendkracht verschuldigde beloning en
vergoedingen, vermeerderd met het werkgeversaandeel in de sociale lasten en premieheffing en eventueel uit CAO
voortvloeiende verplichtingen.
4.4. Tijdig voor de Terbeschikkingstelling een aanvang neemt, dient de Inlener aan de Uitzendonderneming de
noodzakelijke informatie te verstrekken over de verlangde beroepskwalificatie van de Uitzendkracht, alsmede de
Uitzendonderneming een risico-inventarisatie en evaluatie (RI & E) ter hand te stellen, bevattende de specifieke
kenmerken van de door de Uitzendkracht in te nemen arbeidsplaats. De Uitzendonderneming zal voor doorgeleiding van
voormelde informatie en documentatie aan de Uitzendkracht zorgdragen.
av 10-3-2010 1
27.49784
Artikel 5 Beloning van de Uitzendkracht en uurtarief
5.1. De beloning van de Uitzendkracht wordt, voordat aan de Inleenovereenkomst uitvoering wordt gegeven, door de
Uitzendonderneming bepaald aan de hand van de door de Inlener verstrekte functieomschrijving.
5.2. De beloning van de Uitzendkracht wordt verhoogd, indien blijkt dat de Uitzendkracht in werkelijkheid een zwaardere
functie uitoefent. Indien de beloning wordt verhoogd, zal het Uurtarief dienovereenkomstig worden verhoogd en met
onmiddellijke ingang door de Inlener verschuldigd zijn. Indien blijkt dat de Uitzendkracht in werkelijkheid een lager
gewaardeerde functie uitoefent, blijven de beloning van de Uitzendkracht en het Uurtarief ongewijzigd.
5.3. De Inlener is het Uurtarief over een minimum van drie uur per oproep verschuldigd indien:
a. de Inlener om welke reden dan ook geen, dan wel gedurende minder dan drie uur gebruik maakt van de ter
beschikking gestelde Uitzendkracht, tenzij in de Inleenovereenkomst anders is overeengekomen;
b. de overeengekomen omvang van de arbeidsduur minder dan 15 uur per week bedraagt en de tijdstippen
waarop die moet worden verricht niet zijn vastgelegd;
c. indien de omvang van de arbeidsduur niet of niet eenduidig is vastgelegd.
Artikel 6 Terbeschikkingstelling
6.1. De Terbeschikkingstelling eindigt automatisch op het moment dat de Inleenovereenkomst eindigt.
6.2. De Terbeschikkingstelling eindigt voorts op het moment dat de Uitzendkracht aan de Uitzendonderneming of aan de
Inlener meldt dat hij wegens ziekte of ongeval niet in staat is de overeengekomen werkzaamheden te verrichten.
6.3. De Terbeschikkingstelling eindigt voorts op schriftelijk verzoek van de Inlener, met inachtneming van een termijn van
14 dagen.
Artikel 7 Vervanging
7.1. De Uitzendonderneming heeft het recht om bij beëindiging van de Terbeschikkingstelling gedurende de looptijd van de
Inleenovereenkomst en voor rekening van de Inlener een vervangende Uitzendkracht ter beschikking te stellen voor
de resterende duur van de Inleenovereenkomst, tenzij dit recht in de Inleenovereenkomst is uitgesloten.
Artikel 8 Facturen
8.1. De Uitzendonderneming brengt de gewerkte uren van de ter beschikking gestelde Uitzendkrachten bij de Inlener in
beginsel eens per week in rekening mede op basis van het tussen partijen overeengekomen Uurtarief en de door de
Uitzendkrachten ingevulde en door de Inlener voor akkoord ondertekende tijdverantwoordingsformulieren.
8.2. De Inlener staat in voor de juistheid van de ingevulde en voor akkoord ondertekende tijdverantwoordingsformulieren.
8.3. In het geval de Uitzendkracht geen tijdverantwoordingsformulier heeft ingevuld, of deze door de Inlener niet voor
akkoord wordt ondertekend, is de Uitzendonderneming gerechtigd om de factuur te baseren op de haar bekende
feiten en omstandigheden.
Artikel 9 Betaling
9.1. De Inlener dient ervoor te zorgen dat de facturen zonder enige inhouding, korting of verrekening binnen 14 dagen na
factuurdatum zijn betaald aan de Uitzendonderneming.
9.2. De Inlener kan alleen bevrijdend aan de Uitzendonderneming betalen door rechtstreeks aan de Uitzendonderneming
te betalen. Betalingen en/of verstrekkingen van voorschotten van de Inlener aan de Uitzendkracht zijn verboden en
onverbindend. Ze leveren uitdrukkelijk geen grond op voor schuldaflossing of schuldverrekening.
9.3. Bij overschrijding van de in artikel 9.1 genoemde betalingstermijn is de Inlener van rechtswege in verzuim, zonder dat
een nadere ingebrekestelling is vereist. De inlener is vanaf de overschrijding van de betalingstermijn een rente van 1%
per maand over het bruto factuurbedrag verschuldigd. Gedeelten van een maand worden daarbij als een volle maand
gerekend.
9.4. Bij niet-nakoming van de betalingsverplichtingen is de Inlener alle buitengerechtelijk kosten aan de
Uitzendonderneming verschuldigd. De buitengerechtelijke kosten bedragen 15% van de hoofdsom, met een minimum
van € 500,00, exclusief btw.
9.5. Wijzigingen van het uurtarief ten gevolge van CAO-verplichtingen en wettelijk vastgestelde loon en/of
lastenverhogingen zoals premies sociale verzekeringen, maken met ingang van het tijdstip van die wijzigingen
onderdeel uit van de Inleenovereenkomst en zijn per direct door de Inlener verschuldigd, ook indien de tariefwijziging
plaatsvindt lopende de Inleenovereenkomst.
Artikel 10 Aansprakelijkheid
10.1. De Uitzendonderneming is niet aansprakelijk voor enige schade van de Uitzendkracht, of enige schade aan zaken dan
wel personen bij of van de Inlener of enige derde, ontstaan als gevolg van:
a. de Terbeschikkingstelling van de Uitzendkracht door de Uitzendonderneming aan de Inlener, ook niet
wanneer mocht blijken dat de Uitzendkracht niet blijkt te voldoen aan de door de Inlener aan hem gestelde
eisen;
b. eenzijdige opzegging van de Uitzendovereenkomst door de Inlener en/of Uitzendkracht;
c. toedoen of nalaten van de Uitzendkracht, de Inlener zelf en/of een derde, waaronder begrepen het aangaan
van verbintenissen door de Uitzendkracht.
10.2. Eventuele aansprakelijkheid van de Uitzendonderneming is te allen tijde beperkt tot 50% van het factuurbedrag,
behoudens opzet of bewuste roekeloosheid van de Uitzendonderneming. De Uitzendonderneming is nimmer
aansprakelijk voor enige gevolgschade.
10.3. De Inlener is verplicht om te zorgen voor een adequate (beroeps)aansprakelijkheidsverzekering voor eventuele
schade als gevolg van de werkzaamheden van de Uitzendkracht.
10.4. De Inlener vrijwaart de Uitzendonderneming tegen eventuele aanspraken van Uitzendkrachten en/of derden die
voortvloeien uit de uitvoering van de Inleenovereenkomst.
27.49784 av 10-3-2010 2
Zorgplicht Inlener, vrijwaring Uitzendonderneming
10.5. De Inlener is verplicht de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee hij de arbeid doet verrichten, op
zodanige wijze in te richten en te onderhouden alsmede voor het verrichten van de arbeid zodanige maatregelen te
treffen en aanwijzingen te verstrekken als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de Uitzendkracht in de
uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt. Indien de aard van de arbeid en of de omstandigheden waaronder
deze wordt verricht zulks vereisen, verstrekt de Inlener persoonlijke beschermingsmiddelen aan de Uitzendkracht. De
Inlener is jegens de Uitzendkracht aansprakelijk voor alle schade die de Uitzendkracht lijdt in de uitoefening van zijn
werkzaamheden
10.6. De Inlener vrijwaart de Uitzendonderneming tegen alle aanspraken van de Uitzendkracht uit hoofd van het vorige lid.
Artikel 11 Identificatie en persoonsgegevens
11.1. De Inlener dient bij aanvang van de Terbeschikkingstelling van een Uitzendkracht, de identiteit vast te stellen aan de
hand van een origineel identiteitsdocument en, indien het een vreemdeling betreft, bovendien de verblijfsrechtelijke
positie van die Uitzendkracht.
11.2. De Inlener dient afschriften van de in lid 1 bedoelde documenten in zijn administratie op te nemen.
11.3. De Inlener dient te verifiëren dat de Uitzendkracht tijdens de werkzaamheden een origineel identiteitsbewijs bij zich
draagt.
11.4. De Inlener behandelt de hem in het kader van de Terbeschikkingstelling ter kennis gekomen persoonlijke gegevens
van de Uitzendkracht vertrouwelijk en verwerkt deze in overeenstemming met de bepalingen van Wet Bescherming
Persoonsgegevens.
11.5. De Inlener gaat op voorhand akkoord met steekproefsgewijze controle bij Inlener door de Uitzendonderneming en/of
de certificatie-instelling van de Uitzendonderneming, op de naleving van de in dit artikel genoemde procedures en
verplichtingen (NEN 4400-1).
Artikel 12 Overmacht
12.1. Gedurende overmacht worden de verplichtingen van de Uitzendonderneming opgeschort. Van overmacht is sprake,
wanneer zich een omstandigheid voordoet, onafhankelijk van de wil van de Uitzendonderneming, waardoor de
nakoming van de Inleenovereenkomst wordt verhinderd en deze situatie naar maatstaven van redelijkheid en
billijkheid niet voor rekening en risico van de Uitzendonderneming behoort te komen.
12.2. In elk geval is sprake van overmacht in de volgende gevallen: werkstaking, bedrijfsbezetting, blokkades, embargo,
overheidsmaatregelen, oorlog, revolutie en/of enig daaraan gelijk te stellen toestand, stroomstoringen, storingen in
elektronische communicatielijnen, brand, ontploffing en andere calamiteiten, waterschade, overstroming, aardbeving
en andere natuurrampen, alsmede omvangrijke ziekte van personeel, van epidemiologische aard.
Artikel 13 Aangaan rechtstreekse arbeidsverhouding door Inlener met de uitzendkracht
13.1. De Inlener gaat met de Uitzendkracht geen arbeidsverhouding aan, in de ruimste zin des woords, indien de
Uitzendkracht de Uitzendovereenkomst niet op correcte wijze, rechtsgeldig en regelmatig heeft beëindigd.
13.2. De Inlener dient de Uitzendonderneming schriftelijk op de hoogte te brengen van zijn voornemen om een
arbeidsverhouding aan te gaan met een Uitzendkracht, alvorens aan zijn voornemen uitvoering te geven.
13.3. Indien de Inlener, al dan niet met inachtneming van de voorgaande leden, binnen een termijn van 6 maanden na
aanvang van de Terbeschikkingstelling een arbeidsverhouding aangaat met een Uitzendkracht voor dezelfde of een
andere functie, is de Inlener aan de Uitzendonderneming de volgende, terstond opeisbare vergoeding verschuldigd:
a. indien de arbeidsverhouding met de Uitzendkracht aanvangt vóórdat de Terbeschikkingstelling 10 weken
heeft geduurd, waarin in het kader van de Inleenovereenkomst werkzaamheden zijn verricht voor de Inlener
(zogenaamde ‘gewerkte weken’): een vergoeding ten bedrage van 20% van het laatstelijk geldende
Inlenerstarief voor de betrokken Uitzendkracht over een periode van 6 maanden;
b. indien de arbeidsverhouding met de Uitzendkracht aanvangt nadat de Terbeschikkingstelling 10 gewerkte
weken heeft geduurd, maar vóórdat de Terbeschikkingstelling 19 gewekte weken heeft geduurd: een
vergoeding van 15% van het laatstelijk geldende Inlenerstarief over een periode van 6 maanden;
c. indien de arbeidsverhouding met de Uitzendkracht aanvangt nadat de Terbeschikkingstelling 19 gewerkte
weken heeft geduurd, maar vóórdat de Terbeschikkingstelling 27 gewerkte weken heeft geduurd: 10% van het
laatstelijk geldende Inlenerstarief over een periode van 6 maanden.
13.4. Het bepaalde in de het vorige lid is van overeenkomstige toepassing wanneer (binnen de in sub a, b en c genoemde
perioden) een arbeidsverhouding tot stand komt tussen de Inlener en de Uitzendkracht door tussenkomst van een
derde en/of ten behoeve van (een) derde(n) en wanneer (binnen de in sub a, b en c genoemde perioden) de
Uitzendkracht in dezelfde of in een andere functie werkzaamheden blijft verrichten of weer gaat verrichten voor
Inlener maar door tussenkomst van een andere (rechts)persoon dan de Uitzendonderneming.
Artikel 14 Opzegging Inleenovereenkomst
14.1. De Inleenovereenkomst voor onbepaalde tijd kan door beide partijen schriftelijk worden opgezegd met inachtneming
van een opzegtermijn van één maand, tenzij de opzegbaarheid van de Inleenovereenkomst voor onbepaalde tijd voor
een bepaalde tijd is uitgesloten.
14.2. De Inleenovereenkomst voor bepaalde tijd eindigt van rechtswege door verloop van de periode waarvoor zij is
aangegaan.
14.3. De Inleenovereenkomst voor bepaalde tijd kan niet tussentijds worden opgezegd, tenzij in de Inleenovereenkomst is
voorzien in tussentijdse opzegging. Indien de Inlener op onregelmatige wijze tussentijds de Inleenovereenkomst
opzegt, is de Inlener een terstond opeisbare boete verschuldigd die gelijk is aan het laatst geldende Inlenerstarief,
vermeerderd met het in de Inlenersovereenkomst overeengekomen aantal uren, dat zonder de onregelmatige
tussentijdse opzegging zou zijn gewerkt door de Uitzendkracht. De boete bedraagt in alle gevallen minimaal €
1.000,00, exclusief btw.
14.4. Indien de Inleenovereenkomst voor bepaalde tijd voorziet in tussentijdse opzegging, dient de Inlener een opzegtermijn
van 14 dagen in acht te nemen, tenzij in de Inleenovereenkomst uitdrukkelijk een andere opzegtermijn is opgenomen.
av 10-3-2010 3 27.49784
Artikel 15 Beëindiging Inleenovereenkomst
15.1. Indien de Inlener in gebreke blijft aan zijn verplichtingen uit de Inleenovereenkomst te voldoen, is de
Uitzendonderneming gerechtigd de Inleenovereenkomst per aangetekende brief te ontbinden, niet eerder dan nadat
de Inlener schriftelijk in gebreke is gesteld en hem een redelijke termijn is gegund om alsnog aan zijn verplichtingen
te voldoen.
15.2. De Uitzendonderneming kan de Inleenovereenkomst eenzijdig en met onmiddellijke ingang zonder enige aanmaning
of ingebrekestelling, bij aangetekend schrijven opzeggen, zonder dat de Uitzendonderneming aan de Inlener en/of de
Uitzendkracht enige schadevergoeding en/of kosten verschuldigd is, indien:
a. een verzoek tot het verlenen van (voorlopige) surséance van betaling van de Inlener dan wel een verzoek om
in aanmerking te komen voor een schuldsanering conform de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen
(WSNP) is ingediend;
b. een tot faillietverklaring van de Inlener strekkend verzoek is ingediend;
c. ten laste van de Inlener conservatoir en/of executoriaal beslag onder de Uitzendonderneming is gelegd;
d. een tot ontbinding en/of liquidatie van de Inlener strekkend besluit tot stand is gekomen;
e. de Inlener is overleden of onder curatele is gesteld.
15.3. De Inleenovereenkomst eindigt van rechtswege op het moment dat de Uitzendovereenkomst tussen de
Uitzendonderneming en de Uitzendkracht is geëindigd en de Uitzendovereenkomst niet aansluitend wordt voortgezet ten
behoeve van dezelfde Inlener.
Artikel 16 Toepasselijk recht en bevoegde rechter
16.1. Op alle overeenkomsten gesloten met de Uitzendonderneming is Nederlands recht van toepassing
16.2. Ten aanzien van geschillen tussen partijen die voortvloeien uit de uitvoering van de Inleenovereenkomst is alleen de
Nederlandse rechter bevoegd.
16.3. Voor zover de sectorale bevoegdheid bij de rechtbank berust, zullen geschillen uitsluitend kunnen worden gebracht
voor de rechtbank in het arrondissement waarbinnen de Uitzendonderneming is gevestigd.